The End
Door: Tines
Blijf op de hoogte en volg Martijn
06 Maart 2011 | Nieuw Zeeland, Christchurch
Dit is dus de laatste keer dat ik een verslag op de TenD website plemp, de laatste keer dat ik met mijn egocentrische foto’s het internet vervuil, de laatste keer dat jullie met een Dikke van Dale woordenboek in de hand zullen proberen mijn verhaal te ontcijferen…
Enfin, veel lees- en kijkplezier, en ik zie jullie wel weer als ik thuis ben.
Op 24 februari jongstleden had ik een Wildlife tour geboekt op het Otago schiereiland, vlakbij Dunedin. Naast ijskoude gletsjers, verpletterende lawines, idyllische bergmeertjes, avontuurlijke wandelpaden, extreme sporten en bijzonder aardige mensen heeft Nieuw-Zeeland namelijk nog iets te bieden. Ze huizen op het Zuidereiland een aantal zeer zeldzame en hoogst interessante dieren, waarvan je sommigen niet eens in de Artis dierentuin tegenkomt… Uiteraard moest ik die beesten wel even in hun natuurlijke habitat gaan uitchecken!
Rond 15.00uur werd ik door een busje opgehaald en naar een rots gebracht waar een groep Konings Albatrossen leefden. De gids/wandelende dierenencyclopedie vertelde dat dit de enige broedkolonie ter wereld was waar ze hun nest op het vasteland hebben gebouwd. Voor zover je Nieuw-Zeeland als ‘vasteland’ kan beschouwen dan…
De Konings Albatros (Toroa in Maori) is de grootste zeevogel van onze era. Zijn spanwijdte kan wel 3,3 meter worden, aardig de moeite waard dus. Door hun enorme omvang kunnen ze per dag gemakkelijk 1000 (!) kilometer vliegen, en er is er zelfs eentje geregistreerd die 1800 km in één dag vloog! En al die moeite doen ze om een lekker vers vismaaltje op open zee te scoren. Sommigen noemen het een wonder der natuur, ik noem het krankzinnig. Volg dan gewoon een normale Darwinse evolutielijn en zorg dat je ook de vis dichtbij de kust kunt eten…
Net als een vliegtuig hebben Albatrossen een fikse tegenwind nodig om op te stijgen. Schijnt iets met opwaartse lift te maken te hebben. En ja hoor, ik had precies een windstille dag uitgekozen om deze reusachtige zeevogel te spotten. Na drie kwartier naar de wolken gestaard te hebben, besloten we om terug naar het busje te lopen. En op dat moment hoorden we iemand schreeuwen dat een Konings Albatros naar de kust aan het koersen was. Wij dus met zijn allen als een malle teruggerent, want je krijgt niet elke dag de kans om dit met uitsterven bedreigd dier te zien. Terwijl hij vlak over onze hoofden scheerde (niet schoor…) probeerde ik een paar fantastische foto’s te maken die zouden kunnen wedijveren met de plaatjes die je in het National Geografic Magazine tegenkomt. Bleek dat ik elke keer net een fractie van een seconde te laat was, en steeds alleen blauwe lucht te pakken had, damn. Voor een foto van de Albatros zullen jullie toch even moeten googlen. Naar mijn bescheiden mening lijken ze gewoon op een uit de kluiten gewassen zeemeeuw…
Na deze vogeltjes zijn we naar een desolaat strand gereden. Soms komen de Hooker Zeeleeuwen hier naartoe om even lekker op het strand te chillen. De gids wist niet zeker of ze er ook deze keer waren, omdat Zeeleeuwen erg gevoelig schijnen te zijn. Na de vorige aardbeving in september, hadden ze zich een lange tijd niet laten zien.
Whoeihoei, vrouwe Fortuna was een keertje aan mijn zijde. We zagen een stuk of 5 Hookers (stop dat laatste woord maar niet in de vertaalmachine…), die een beetje naar elkaar aan het brullen waren. De gids vertelde dat het allemaal mannetjes waren, en wat krijg je dan? Ja, dan vliegt de testosteron je om de oren en gaan ze elkaar uitlokken en machogedrag vertonen. ’t Lijkt wel wat op de mensenwereld, huh?
De Hooker Zeeleeuwen schijnen de zeldzaamste op de wereld van vijf verschillende soorten Zeeleeuwen te zijn, en komen dan ook alleen in NZ voor. Eeuwen geleden waren ze bijna totaal geterminated door Maori jagers, maar nu nemen de aantallen gelukkig weer langzaam toe.
Je verwacht het niet, maar die 400kg wegende mannetjes kunnen op land snelheden van 20km/uur bereiken. En dan moet je achternaam wel Bolt zijn om op tijd weg te komen…
Na wat foto’s en filmpjes van deze logge beesten gemaakt te hebben, was het tijd om de Yellow-eye pinguïns te spotten. In de Maori-taal worden ze Hoiho genoemd, wat schreeuwlelijk betekent. Net als de Zeeleeuwen zijn ze endemisch, en komen dus alleen in Nieuw-Zeeland voor. Wat wel immens triest is, is dat er wereldwijd nog maar 4500 dieren van deze pinguïnsoort over zijn.
Na een hele dag in de zee te hebben gefoerageerd, kwamen ze uit het water waggelen om hun jongen te voeden. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want deze ‘slimmeriken’ hebben hun nesten op een heuvel gebouwd. En omdat ze niet kunnen zweten, raken ze snel overhit en moeten ze een tijdje stilstaan om af te koelen. Het kost hen dan ook een uur om bij hun nesten te komen, en dat gaf ons mooi de gelegenheid om wat toffe foto’s te schieten. Het leek net de ‘March of the Penguins’…
Eén van die pinguïns botste op het strand tegen een Zeeleeuw aan, die in het zonnetje een beetje aan het bijbruinen was. En omdat Zeeleeuwen soms pinguïns eten, wist deze laatste niet hoe snel hij weg moest komen. Eerst struikelde hij 3x over zijn eigen voeten/vinnen/vleugels, en daarna besloot hij maar om in turbomodus weg te kruipen.
Als laatste zijn we bij de Arctocephalus forsteri gaan kijken. Misschien beter bekend onder de naam Zeehond. Bij hun broedkolonie zagen we de 3-maanden oude pups, die lekker met elkaar aan het ravotten waren. Deze zeehonden was de enige diersoort van de dag die niet met uitsterven bedreigd wordt. Eigenlijk best wel triest als je er over nadenkt. Toen het steeds harder begon te regenen, besloten we er een einde aan te breien en terug naar Dunedin te gaan.
In het hostel heb ik nog een kostbaar horloge gevonden, en als een eerlijk man netjes bij de receptie afgeleverd. Kan iemand verklaren waarom ik wel de eigendommen van anderen vind, maar dat je de klok erop gelijk kan zetten dat ik om de zoveel tijd mijn eigen spullen kwijtraak…?
De volgende dag heb ik lekker de toerist uitgehangen. Beetje rondgebanjerd door Dunedin, boodschappen gedaan en foto’s van het indrukwekkende treinstation gemaakt. Toen ik mijn hostel weer in wilde, werkte mijn elektronische toegangskaart ineens niet meer. Bleek dat ze al mijn spullen in een andere kamer gegooid hadden, zonder het me even van tevoren te melden. Lekker klantvriendelijk…
Nieuw-Zeeland is een rugbyland, daar kun je gewoon niet omheen. In 2011 wordt het WK hier gespeeld en iedereen hoopt dat het nationale All Blacks team de trofee in de wacht gaat slepen.
’s Avonds ben ik daarom met Nicola uit Canada naar een historische rugbywedstrijd gegaan: The Highlanders versus the Chiefs. We hadden staankaarten voor het studentenvak, gegarandeerd vertier tussen al die scholieren natuurlijk. The Highlanders is het lokale team uit Dunedin, dus wij hebben ons netjes aangepast. Met blauw geverfde haren en goude schmink op het gezicht, mengden we goed tussen de andere 10.500 authentieke rugbyfans slash malloten…
Om het publiek op te warmen, trad er een doedelzakfanfare in kilts op. Het blijven toch ex-schotten hé. De wedstrijd was een fantastische chaotische veldslag, waarbij spelers elkaar af en toe flinke klappen uit deelden. In een doodspel situatie rende een harige, mannelijke streaker ineens naakt het veld op. Na een ‘ere’ rondje werd hij door de stewards op het velt getackelt en in een houdgreep gehouden. Ik denk niet dat die beveiligingsbeambten op dat moment erg trots op hun werk waren…
Na met 23-13 gewonnen te hebben, zijn we na een vreugdedansje weer terug naar het hostel gelopen. Bleek dat daar opeens iemand in mijn bed lag te slapen. Ik wilde er eerst gewoon bij kruipen, maar toen ik zag dat het een baardige gast was, ben ik maar op een ander matras gaan liggen…
De volgende dag ben ik met de Magicbus naar de Baldwin street in Dunedin gegaan. Dit stuk asfalt is volgens het Guinness Book of Records officieel de steilste straat ter wereld. Op het sterkst hellende stuk gaat de weg iedere 2.86meter één meter omhoog. Jep, en ondergetekende heeft het hele end naar boven gerend (*kuch* op handen en voeten gekropen *kuch*). Na genoeg gezweet te hebben, ben ik weer in de bus gestapt om naar de Moeraki Boulders af te reizen. Dit zijn enorme ronde stenen die op het strand verspreid liggen. Alsof de Goden een potje geknikkerd hebben…
Rond een uurtje of 3 kwamen we in het 315 inwoners tellende dorp Lake Takepo aan. In de Magicbijbel stond dat je bij een plaatselijke paardenrange als een echte John Wayne over de heuvels kon galopperen. Nu ben ik eigenlijk meer van de Clint Eastwood generatie, maar dat mag de pret niet drukken natuurlijk. Knoll hobbelen is gewoon tijdloos. Maargoed, ik dus naar zo’n paardenmevrouw toe, die uiteraard een paardenstaart en Ankie van Grunsven tanden had…
Mijn paard luisterde naar de naam Danny. Ehmm, eerlijk gezegd is dat niet helemaal waar. Zijn naam was wel Danny, maar luisteren deed hij niet echt. Terwijl we makkie an over een stuk prairie reden, kwam er een ander peerd ff te dichtbij hem. Danny-boy vond dat blijkbaar niet zo leuk, en deelde een trap tegen het hoofd van zijn ‘belager’ uit. Lekker vriendelijk. Heuvel op wilde mijn paard steeds sneller dan de Knoll die voor hem liep, en om hem aan te sporen vond Danny het nodig om een kopstoot uit te delen. Volgens mij had mijn Danny-paard teveel Karate Kid films gekeken ofso…
Na een uurtje waren we terug op de ranch, en voor zijn harde werk wilde ik hem een liefdevol klopje op zijn flank geven. Of hij vond me toch niet zo aardig, of hij had enorme honger, want op dat moment probeerde hij mijn hand op te eten. Maar ondanks alles heb ik stiekem heel erg van het ritje genoten, en zou ik het graag nog een keer willen doen. Als je dus straks in Nederland een gast op een paard ziet zitten met een cowboyhoed op, een lasso in zijn hand en een handjevol pruimtabak in zijn mond… ben ik het waarschijnlijk niet. Als je daarentegen iemand op een manage ziet die in zijn Hawaii-zwembroek de paardenstallen aan het uitmesten is…
’s Avonds heb ik met 26 hongerige backpackers van de Magicbus gebarbecued. Ik had me maar aangemeld om de afwas te doen, want het enige dat ik de afgelopen tijd gemaakt heb zijn die fabuleuze 2-minuten noodles. En ik had zo het vermoeden dat ze verbrand vlees niet zo op prijs zouden stellen…
Na het eten ben ik op het strandje bij Lake Takepo gaan liggen om naar de sterrenhemel te kijken. Een aantal universitaire bollebozen had namelijk berekent dat dit het beste gebied in heel Nieuw-Zeeland was om al die hemellichamen te bewonderen, omdat er hier normaal gesproken weinig bewolking is en je ook geen last van lichtverontreiniging hebt. Ze hebben om die reden zelfs een sterrenwacht op Mount John gebouwd.
In totaal heb ik wat satellieten en twee vallende sterren gezien. Maar wat ik gewenst heb, moet geheim blijven, anders werkt de magie niet…
De volgende dag was het een prachtige zonnige dag, en besloot ik om Mount John te beklimmen. Van daaruit had ik een schitterend uitzicht op Lake Takepo en de omgeving. Het meer heeft een blauwe melkachtige kleur. Dit komt doordat duizenden jaren geleden het ijs van de gletsjer een enorme druk op de stenen onder zich uitoefende. Deze stenen werden tot gruis gemalen, en wat overbleef noemen we ‘Rock Flour’. Deze hele kleine deeltjes zweven in het water rond en geeft het een melkachtige kleur, en op een mooie zonnige dag weerkaatst het de blauwe lucht.
De rest van de dag heb ik gepoogd mijn kleren te wassen, en ben ik naar de supermarkt gelopen om eten te kopen. Op blote voeten wel te verstaan, omdat ik geen zin had om mijn veters te strikken. Dit bleek toch niet zo’n vers idee te zijn, want om er te komen moest ik 3 km over een grindpad af leggen… Au.
De volgende dag besloot ik om Lake Takepo te verlaten en met de bus naar het 115 zielen tellende bergdorpje Mount Cook Village te gaan. Dit gehucht ligt midden in de Southern Alps, met als letterlijk hoogtepunt Mt. Cook. De Maori naam voor deze berg is Aoraki, wat ‘Cloud Piercer’ betekent. Hij is 3755 meter hoog (heb ik uit een boekje, niet zelf nagemeten, sorry), en daarmee de hoogste berg van het Oceanië continent. In 1884 hebben 3 Kiwi’s deze bovenmaatse heuvel voor het eerst beklommen. Een echt huzarenstuk als je nagaat wat voor antieke berguitrusting ze moesten meezeulen.
In 1948 heeft Sir Ed (Edmunt Hillary, maar ik mag Ed zeggen) samen met zijn Nepalese sherpa Tenzing Norgay op Mount Cook getraind, als voorbereiding op hun Übertocht naar de top van de wereld: de 8848 meter hoge Mount Everest. De Nieuw-Zeelanders waren zo trots op hun Sir Ed, dat ze hem zelfs op het 5-dollar biljet hebben geplaatst met op de achtergrond de machtige piek van Aoraki.
Ik had gedacht dat ik rondom Mount Cook een lange trektocht kon maken van meerdere dagen, maar dat ging helaas niet. Het dorp is namelijk omringt door gletsjers, en ik heb niet de expertise, ervaring en klimuitrusting om zo’n uitdaging aan te gaan.
Een 1-daagse hike naar de top van Mount Cook was voor mij iets te hoog gegrepen, daarom heb ik maar een wandeling naar de Hooker Valley gemaakt. Het pad eindigde bij een 30-jaar oud gletsjermeer, ontstaan doordat het ijs schrikbarend snel smelt.
Terug in Mount Cook Village bleek dat ze hier geen bank of supermarkt hebben. Dat wordt dus overleven! En misschien ook op rantsoen…
Meer pech was onderweg. Mijn dierbare dagrugzak was namelijk gesneuveld. De ritsen hadden het al een paar maanden geleden begeven, maar nu was het schouder-hengsel-klipje ook nog eens afgebroken. Tot zover de kwaliteit van 5,- euro kostende Thaise namaakproducten…
De volgende dag besloot ik om geen lange wandeling hoog in de bergen te maken. Volgens die clowns bij het informatiebureau zou het stormachtig weer worden met windstoten van 110km per uur. Daarom ben ik maar naar het laag gelegen Tasman gletsjermeer gaan lopen. Terwijl ik eenzaam langs een grindweg liep, stopte er een automobiel vol Kiwi’s die me heel vriendelijk een lift aanboden. Hoefde ik mooi dat hele eind niet te lopen. Blijkbaar vonden ze me ook nog eens erg hongerig uitzien, want ik kreeg zo’n grote chocolademuffin van ze, dat ik er waarschijnlijk wel een week op zou kunnen teren…
De Tasmanglacier is de grootste gletsjer van NZ. Elk jaar smelt hij met 0,5% van zijn volume, wat dus verrekte snel gaat. Onderaan de gletsjer lag het Tasman meer. Door de Christchurch aardbeving van twee weken geleden, waren er enorme stukken ijs afgebroken die in het meer ronddobberden. Vreemd genoeg was de Titanic-tranentrekker-film het eerste wat in mijn gedachte opkwam...
Na wat toffe fotootjes van die grote ijsklontjes, brachten mijn nieuwe Kiwi-vrinden me ook weer terug naar mijn hostel. Relaxt!
Twee maart stak dan toch eindelijk die langverwachte storm op, waarbij de wind met snelheden van 120km/uur rond raasde. ’s Nachts was er een verse laag poedersneeuw in de bergen gevallen, wat een mooi Winter-Efteling tintje aan de omgeving gaf. Omdat het niet tof is om tegen een muur van wind op te boksen, ben ik de hele dag lekker binnengebleven. De film die ik gezien heb was ‘The worlds fastest Indian’, met een glansrol voor Anthony Hopkins. Het is een waar-gebeurd-verhaal over een Kiwi-bloke die met zijn oude motor het snelheidsrecord over land wil verbreken. Download hem maar eens, ’t is echt een vette film.
Wat minder geslaagd was, was dat iemand de laatste bladzijdes uit mijn boek gescheurd had. Heb ik 456 pagina’s in het Engels gelezen, en nu mis ik de bloody clue… Erg falend.
De volgende dag ontmoette ik een Nederlandsche reiziger die overal op de wereld geweest was. Samen zijn we naar het plaatselijke museum geweest. Hier hadden ze een expositie over Sir Ed, en draaiden er een aantal films over hedendaagse reddingsoperaties die op de gevaarlijke hellingen van Mount Cook uitgevoerd werden. Erg indrukwekkend als je ziet hoe die lui mensen onder het ijs vandaan proberen te halen. Daarna heb ik nog even buiten in het zonnetje gezeten, maar ik ben bang dat jullie wintersporters qua bruinheid toch van me zullen winnen.
Tegen het eind van de middag ben ik met de Mount Cook Connection weer terug naar Lake Takepo gegaan. Het einde van mijn trip naderde met rasse schreden.
En dan is het alweer 4 maart. De Magicbus heeft me van Lake Takepo naar het ski-oord Metven gebracht. Normaal gesproken zouden we in Christchurch overnachten, maar door de recente aardbeving staan de meeste hostels daar op instorten. En ach, Metven is ook wel een leuk dorpje om mijn laatste dagen te spenderen. Lekker relaxen, middagdutje doen, zalmpizzaatje eten en ’s avonds me aan het haardvuurtje opwarmen. Je kan het slechter treffen, denk ik.
Het gezegde luidt: Verandering van spijt doet eten. En daarom heb ik besloten om als sluitstuk niet de gebruikelijke ‘wist-je-datjes’ of de ‘Do’s and Don’ts’ uit mijn hoge hoed te toveren. Dit keer geef ik er een knallend einde aan met mijn eigen ‘T-facts’©. Gewoon een verzameling van interessante maar vooral onzinnige feitjes.
T-facts©
T-fact 1. Dagen dat T onderweg is: 165
T-fact 2. Zijn favoriete quote: A journey of a thousand miles begins with just a single step.
T-fact 3. Aantal potten pindakaas leeggegeten: 23.
T-fact 4. Stomste actie: T in zijn haar laten scheren… Hij is er nog steeds niet achter wat hem bezield heeft om zoiets te doen.
T-fact 5. Aantal nieuwe vrienden gemaakt: Niet te tellen, maar aan zijn Facebookpagina te zien zijn het er heel wat.
T-fact 6. Afstand met vliegtuig afgelegd: Om en nabij de 35.500 kilometer.
T-fact 7. Bier, Goon of Apple cider: Apple cider.
T-fact 8. Aantal foto’s gemaakt: 2693. Dat wordt een lang fotokijk avondje voor meneer Hunefelt en mevrouw van Lint…
T-fact 9. Tofste hike: Tongariro Alpine Crossing met Mount Doom als de ultieme kuitenkiller.
T-fact 10. Aantal keren sneeuw van dichtbij gezien: 2 (kerstkaarten niet meegerekend).
T-fact 11. Aantal keren verbrand: 3 keer een klein beetje. Zal vast komen doordat T een liter Zonnebrand factor 50 bij zijn ontbijt dronk.
T-fact 12. Tofste land: Dat is niet te zeggen, elk land biedt een totaal andere ervaring. De activiteit die het meeste indruk op T heeft gemaakt is zijn duikcursus in The Great Barrier Reef. Een nachtelijke duik met haaien, wat wil je nog meer?
T-fact 13. Meest eigenwijze actie: TenD die geen camera meenemen…
T-fact 14. Beste tip voor andere reizigers: Als je het idee hebt om te gaan reizen, waag dan gewoon je kans en ga de wijde wereld in.
T-fact 15. Totale kosten van T zijn wereldreis: Hij schat dat het hem zo’n 13.000,- euro gekost heeft. En het was iedere cent waard!
T-fact 16. Aantal keren gekookt: 124. 1x kippensoep, 1x lasagne en 122 x twee-minuten noodles.
T-fact 17. Meest gehoorde vooroordeel over Nederland: Iedereen schijnt elkaar te swaffelen, loopt op klompen en is rond lunchtijd al stoned van de joints…
T-fact 18. Aantal boeken gelezen: 18, waarvan 12 in het Engels.
T-fact 19. Welke mensen moet je volgens T vermijden: Volslanke, oudere mannen met een driedubbele onderkin snurken 9 van de 10 keer. En na uitgebreid onderzoek is T er achter dat ook vrouwen met snorren een hoog snurk-gehalte hebben.
T-fact 20. Ultieme eetgelegenheid: PJ’s. Een 200 gram zware hamburger waar ananas en bietjes op zitten dwingt gewoon respect af.
T-fact 21. Spullen die T is kwijtgeraakt: Lonely Planet Australia, 2x zonnebrillen, 2x slippers, T-shirt en een zwembroek.
T-fact 22. T’s transportmiddelen: Vliegtuig, tuk-tuk, taxi, auto (‘het Beest’), fiets, kano, speedboot, veerboot, raft, opgeblazen luchtband, hippiebusje, benenwagen, bus, trein, olifant, Danny het paard, longtailboot, surfboard, zwemmend, parachute, watertaxi, achtbaankarretje en de metro. Alleen de éénwieler en spaceshuttle ontbreken nog…
T-fact 23. Aantal woorden totaal in blogs getypt: 49.313
T-fact 24. Meest geluisterde band: Flying Flapjacks. Check ook hun Joetoepkanaaltje of google hun website maar eens. Rock on!
T-fact 25. Eten dat T zijn neus uitkomt: Snelkook Noodles. Moeders van Lint, mocht je ooit van plan zijn om hem Noodles voor te schotelen, is T genoodzaakt om direct te verhuizen…
Tijdens het schrijven van dit blog, voelde ik net mijn eerste aardbeving. Tsjah, dan is het volgens mij de hoogste tijd om dit prachtige land te verlaten, en naar huis terug te keren. Tof dat jullie de tijd hebben genomen om mijn ellenlange verhalen te lezen en mijn foto’s te bekijken. Ik zie jullie binnenkort wel weer.
Martijn
-
06 Maart 2011 - 08:41
D:
Nice verslag weer. Toppunt is nog wel het boek zonder clue, haha!
Goede reis alvast!
Hoop dat je een goede plek in t vliegtuig uit zoekt...
Tot straks in de hoog ;) -
06 Maart 2011 - 08:46
Tines:
Mmm, traag internet hier. Komen nog 2 filmskes aan...
Het boek waar ik de laatste pagina's van miste was echt karig man =).
Ik zal eens kijken of ik een plekje naast een paar Zweedse Blondines kan boeken... -
06 Maart 2011 - 09:42
Peter Hofland:
Ha die Martijn, jeetje, straks ben je weer thuis, met een schat aan ervaringen, waar je de rest van je leven op kan teren.
Ik wens je een hele goede terugreis en hoop je gauw weer eens te ontmoeten, groeten, Peter -
06 Maart 2011 - 09:54
Michelle:
echt leuke verhalen man!
goede reis!
& zie je vast wel weer snel op de tuin! -
06 Maart 2011 - 10:15
Roy:
Goeie reis terug!
De caronas staan koud ;) -
06 Maart 2011 - 10:19
Erwin:
Jaaaa fact 24! :)
Zie je snel wel weer eens! -
06 Maart 2011 - 11:27
Ruud En Carina:
Fijn, dat je weer naar huis komt. Jammer dat we je verhalen moeten gaan missen. Wouter kijkt er elke keer weer naar uit.
We zullen je op het vliegveld maar niet opwachten, want na 24 uur vliegen ben je natuurlijk gebroken.
Goede reis! -
06 Maart 2011 - 11:28
Mirjam En Chris:
Hoi Martijn,
Je bedje is opgemaakt, je kamer gesopt en gezogen, lekker eten is ingekocht (iets met noodles toch?) en de wasmachine staat ready. Wij zijn er helemaal klaar voor, dus ga maar reizen.
Nog een kleine opmerking: ook wij hebben de dagen geteld, maar komen toch op 160 uit. Als je nog een klein uitstapje met een Zweedse schone wilt maken en er zo nog 5 dagen wilt aanplakken, laat het dan nog even weten. Want anders staan we dinsdagavond voor niets te wachten.
Sterkte met reizen en tot snel.
liefs mam en Chris -
06 Maart 2011 - 13:23
Annika:
Ha Tines, het einde van je reis is in zicht. Bedankt voor je mooie verhalen, foto's en filmpjes. Door jouw verslagen komt de wereld toch een stukje dichterbij. Veel sterkte met die lange reis naar huis. Misschien is het een idee om nog ergens een goed boek te scoren voor in het vliegtuig? En nu één met clue? :-)
Liefs, Annika -
06 Maart 2011 - 16:13
Thea:
Hey Martijn. We hebben genoten van jouw verhalen, foto's en filmpjes. Jammer dat dat nu stopt, we keken er elke keer naar uit om je avonturen te lezen. Je hebt veel beleefd en gedaan. Goede terugreis en tot ziens in Nederland.
Groetjes van Thea -
06 Maart 2011 - 18:07
Marga Kuijpers:
heey Martijn,
Wat een belevenissen!!
Weer veel gezien en beleefd in dit deel van de wereld. We wensen je een goede terugreis toe.
Het ga je goed en tot gauw in Nederland misschien wel weer gewoon bij de bakker ofzo:)
groeten van ons allemaal.
-
06 Maart 2011 - 19:29
Tha Coach:
Hee T,
Jammer dat je de mooie verhalen niet meer kan dichten. We zullen het gaan missen, maar ze live van je horen zal vast veel goed maken.
PS: ik heb het woordenboek er nog even bijgepakt, maar blijkt toch weer, een zeemeeuw bestaat niet. Een meeuw wel, of een van zijn vele vriendjes. :P ;)
CY soon.
Tha Coach -
07 Maart 2011 - 10:16
Ellen:
Heey die Martijn!
Leuk verhaal weer! En dan heb je op je laatste dagen ook nog een aardbeving meegemaakt (gelukkig een kleintje), lijkt me wel raar..
Jammer van dat boek, maar elk nadeel heeft een voordeel: nu kun je zelf de clue verzinnen =), dan maakt het het mssn toch nog een leuk boek van ..
Je zit in een sik-oord en je waagt je niet even op ski's/snowboard?
Goede reis terug (nu ben je vast al op weg)!
Xx Ellen -
07 Maart 2011 - 16:08
Dory:
Leuk verslag weer, martijn! Laatste dagen toch nog weer een hoop meegemaakt! Jammer dat dit dan alweer de laatste is! Maar ook wel weer lekker om na een lange tijd weer thuis te komen toch? Succes nog met je terugreis!
xxx -
07 Maart 2011 - 22:47
Tines:
Hey allemaal,
Ondertussen ben ik van Christchurch - Auckland - Hongkong gevlogen. Zometeen een 13 uur durende vlucht naar Londen, gelukkig kan ik me wel met wat films vermaken (The Kings speech, Karate Kid etc).
Helaas zit ik niet naast een Zweedsche Schone, maar ach, die oude mensen zijn ook wel gezellig hoor. Totdat eentje in zijn slaap voetje-ging-vrijen met me, dat was niet zo tof...
Tines
Ps. Tha Coach, je hebt helemaal gelijk. Zeemeeuwen bestaan niet, meeuwen wel. Ik zal volgende keer beter naar je wijze woorden luisteren... -
10 Maart 2011 - 14:24
:
Tines, was weer een goed verhaal...
We gaan je achterna en we doen het nog even wat beter ;)!
xx
Bo en Denise
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley